
Van 13 september tot en met 12 december 2017 exposeert William Otermans 22 schilderijen in Parkstad Limburg Theaters te Heerlen.
De expositie is toegankelijk voor de bezoekers van elke voorstelling in dit theater. Daarnaast geeft de kunstenaar een aantal rondleidingen met een toelichting op zijn werk. Voor meer informatie en aanmeldingen, mail naar marjo@williamotermans.nl
Spot On
Met ‘Spot On’ halen we deze schilderijen op de website één voor één voor het voetlicht. We belichten de achtergrond van het schilderij en zoomen in op kernbegrippen. Dit werpt licht op de overwegingen van de kunstenaar en biedt een podium voor het verhaal dat hij met zijn kunst wil vertellen.


acryl op linnenaluminum frame190 x 140 cm2016
… handen als veren zo zacht …
… geknakt telkenmale vingers buigen …
… de wijsheid van de kristallen …
… klinken de tanden bloot …
… spreken de tanden sleet …
… twee laarsjes dansen op het altaar …
… hier is …







Het verhaal van dit schilderij
Het is ca 9:00 uur ’s ochtends. Onze touringcar stopt aan de Kruisstraat, tegenover het Thermenmuseum in Heerlen. Het moet 1984 geweest zijn, althans volgens het teruggraven in mijn herinnering. Beelden van gebeurtenissen heb ik helder voor ogen; jaartallen vind ik doorgaans oninteressant.
Hier pikken we onze reisleider voor vandaag op, Nic. Tummers, kunstenaar, leraar, politicus en vader van een groot gezin. We zijn onderweg als voorbereiding op een studieproject binnen mijn opleiding. Het programma van deze dag leidt ons langs de woningbouw ontstaan in de mijntijd en andere architectonisch waardevolle bouwsels in de regio. Een uitermate begeesterend relaas komt op ons af; als je niet gretig bent, word je het nu wel. Nic. is een kenner van zaken en een getalenteerd spreker. Hij verbindt kleine details met grote perspectieven.
Deze dag tekent een eerste ontmoeting, toen niet wetende dat er nog vele zouden volgen.
Wanneer Nic. ergens spreekt, maak je tijd daarvoor vrij, omdat het de andere mogelijkheden van tijdsbesteding overschaduwt. Zoiets als een Michelin-aanduiding meldt: ‘de moeite waard om om te rijden’. Je gaat altijd rijker naar huis door de aangereikte informatie; het belangrijkste is dat hij in staat is om een dialoog in jezelf teweeg te brengen. Hij dwingt je met een ogenschijnlijke vrijwilligheid om na te denken. Knap. Voor zo iemand kan ik bewondering hebben.
In de jaren volgend op deze tour ontmoet ik Marjo; overduidelijk dat zij mijn levenspartner is, zegt een stem in mij. De dans heeft tijd nodig. Marjo’s vriendin Anita gaat een dans aan met Udo, de trompettist van een sjpaskapel. Ja, carnaval is een geschikt platform om relaties te beginnen of om ze te bezegelen. Udo blijkt de zoon van Nic.
Later, via mijn zakelijk acteren, ontmoet ik de fotograaf Klaus, ook een Tummers. Nog weer later stapt ook Kristianne, kunstenaar opererend in de regio Nijmegen, in de kring. Verjaardagsfeestjes geven mogelijkheden om ook andere kanten van mensen te belichten. Mijn beeld van Nic. groeit.
Zo ontdek ik het levenswerk van Nic. Hier gaat een niet-gearticuleerde wens achter schuil. Hij heeft de bloei van de mijntijd meegemaakt en dat wat het met mensen heeft gedaan. Heerlen-Amsterdam-New York is de dan geldende lijn, zegt hij. Om daarmee de grootheid van weleer te duiden. Wauw. Mogelijkheden zien op alle gebieden, niet beperkt tot een economisch model. Kunst speelt daarbij een belangrijke rol.
Ook het verval en de daarmee gepaard gaande problematieken worden door hem benoemd. Wederom neemt Heerlen een prominente rol in de lijn met Amsterdam en New York in. Het grote verschil is dat de beide andere steden een fundament hebben, een structuur van waaruit zij uitdagingen het hoofd kunnen bieden. Het hoofd van Heerlen lijkt met de mijnsluiting te zijn vertrokken.
Merkwaardig dat iedereen hetzelfde wil voor de regio, gevangen in containerbegrippen dan weliswaar, doch dat de manier van hoe er te komen belangrijker wordt dan het doel. Is dit een erfenis waar de schenker van zoek is? Exemplarisch is het gedrag wel.
Dit zijn de uitgesproken momenten voor zelfreflectie. Is daar de moed voor?
Terug naar Nic.’s levenswerk. Hij heeft een bibliotheek opgebouwd, bestaande uit duizenden boeken geordend in een kast die het hele huis over alle verdiepingen beslaat. Twee instap-richtingen, een horizontale en een verticale, vinden elkaar in een diagonale lijn. Kunst in alle vormen met de bijbehorende denkbeelden: filosofisch, psychologisch, spiritueel, maatschappelijk, historisch, ambachtelijk, technisch, economisch… vanaf de revolutie. Indrukwekkend in volume, nog verrassender in content en gebruik. Zoals zijn voordrachten relaties weergeven, gaan er in deze verzameling nog veel meer schuil die het daglicht willen zien. Een vrucht van onze regio, komt deze tot bloei of vervalt hij in verderf?
De persoon en zijn betrokkenheid bij de ontwikkeling van onze omgeving, en de werking van zijn performance op mij, is de aanleiding geweest om een portret van hem te willen schilderen. Daarnaast geeft het mij de mogelijkheid een perspectief te schetsen waarin ik zijn ziel ervaar. Hij heeft ingestemd.
Zijn eerste reactie bij het zien van het resultaat was: “Hier kun je geen smoesjes tegen maken”.
Deze woorden moet ik in respect op gelijke hoogte retourneren richting zijn levenswerk en dàt toevoegen wat gearticuleerd moet worden. Het gaat om meer dan iets fysieks; het is de geest en de begeestering die ervan uitgaat. Ook een mentale zijde speelt een rol, de kans op een attitude-aanpassing. Trots uiten. Deze trots vervolgens omzetten in daden. Ik doe dat met mijn schilderkunst.
Het schilderij, het energieportret van Nic., laat onder in het midden een kribbetje zien. Dat heeft alles met een persoonlijk verhaal van doen, daar moeten jullie hem zelf naar vragen. Het heeft ook een universeel aspect en dat gaat ons allen aan. Dat kribbetje staat in Heerlen aan de Schoolstraat 1 en wil bezocht worden, door wijzen. De wijzen die de ster gevolgd hebben omdat ze iets begrepen hebben. De bezoekende herders komen niet alleen; zij brengen hun kuddes mee. Ook de hoedende herders hebben begrepen dat door het koesteren van deze plek een verbinding geslagen kan worden van het verleden naar de toekomst zonder dat deze qua vorm vastligt.
De locatie van de villa geeft zicht op een stukje historie dat verder teruggaat dan ons actuele geheugen, ook mijnen, Romeinen. De kop van de Schoolstraat met de Kruisstraat wijst de weg naar twee instituten, van ambacht en engineering. Een plaats in de recente historie. Doch de content van deze villa spreekt kunst, gebezigd in het atelier door Vera en over verdiepingen verdiept door Nic. De villa spreekt: “kunst is de weg naar nieuwe inzichten, nodig voor onze toekomst”.
Rest de daad dit vorm te geven en deze plek op te nemen als een icoon, nodig om verbindingen aan te gaan. De moed tonen om bruggen te slaan tussen gebieden waar het liefst kloven gezien worden. Door zelfreflectie bewustzijn verruimen met kunst als generator.
Lopende initiatieven met betrekking tot regio-ontwikkeling kunnen deze verantwoordelijkheid nemen. Een kribbetje als nest, als broeinest voor nieuwe articulaties. “Hier kun je geen smoesjes tegen maken”, sterker “Hier màg je geen smoesjes tegen maken!”.


acryl op linnenaluminium frame140 x 170 cm2017
…wij is het woord op de wei…
…een kruisboog…
…een kruis boog…
…van vader en zoon…
…van vader op zoon…
…zoon op…
…vader van…
…en…



Het verhaal van dit schilderij
Knielend, een knie omhoog, in een hoek van 90 graden tussen lichaam en grond, de andere knie op de grond. Dit is de typische houding van een toegewijde zwaardvechter die tot ridder geslagen gaat worden, zo uit een film. Of van die ridder richting zijn koning. Koning, dat treft: zojuist heeft zijn schutter voor de tweede keer op rij de vogel geschoten van broederschap St. Sebastianus in Kerkrade. Allen stuiven naar hem toe om hem te feliciteren. Hij staat in het middelpunt, terecht, het is koningsschieten vandaag. De knielende is zijn spanner, hij verzamelt en reinigt de pijlen. In een speciale hoes worden ze in numerologische volgorde opgeborgen. Plichtsgetrouw voert hij de handelingen uit en af en toe kijkt hij naar de menigte naast hem.
Een lach op zijn gezicht spreekt een trots uit, doch ook een afwezigheid. Ik ga hem feliciteren. Zonder spanner geen koning. Er hangt iets onbestemds om hem heen, zo lijkt het. Voor mij een impuls om hem te vragen of het gepast is dat ik deze energie uitdiep. Instemming volgt. Ik voel dat ik dit ga vertalen naar een doek. Mijn iPhone geeft als tijdstip 17:17 uur aan. Meegenomen door een persoonlijk aspect, word ik naar een universeel thema gevoerd. Mooi dat hij dit toestaat. Inmiddels zijn de broeders zover dat zij hun ritueel kunnen gaan afwerken. Eerst op de weide en dan in optocht naar de kerk, de deken en de burgemeester. De spanner is geen lid van de broederschap, maar heeft wel een plek in deze stoet. Trommel en fluit klinken. Ze vertrekken; de leider bepaalt de route en draagt een staf waarmee hij richting geeft. Vader en zoon vandaag samen in beweging. Voor mij een mooi beeld, zeker na het voorafgaande. Ook een wezenlijk aspect van het schilderij.


In mijn atelier open ik het verzamelde ‘potje zand’. De persoonlijke zaken laat ik persoonlijk, in respect. Het universele aspect is voor ons allen interessant. Beide zijn opgetekend in het schilderij en de beschouwer die het moet zien, zal het ervaren.
Een serie vragen dient zich aan. Wie is de dienaar en wat wordt gediend? Brengt het dienen een last met zich mee en wiens last is dat dan? Wanneer de spanner zo belangrijk is, waarom heeft hij dan geen status binnen het fenomeen? Tot welke verhouding kunnen we deze metafoor terugbrengen?
Een voor mij interessant gegeven is dat dit schilderij twee zichtzijden heeft. De eerste is zoals getoond en in de richting van hoe het geschilderd is. Zie ik een koning en koningin, of algemener, een mannelijk en vrouwelijk figuur? Bij wie hoort de knieling?
De tweede kijkrichting is 90 graden kantelen met de klok mee. Een masker zonder uitgesproken of benoemde ogen met een weelderige verenpracht. Het heeft iets sjamanistisch. Deze beelden vallen mij het eerste op. Daarnaast zijn er meerdere figuren en gezichten te zien. Dat is de ruimte voor ieders eigen universum. Laat onverlet dat het passend kantelen voor een schilderij van mij hoogst uitzonderlijk is. Heb het slechts één keer eerder meegemaakt. De middagzon op het schilderij maakt het beeld ‘ ‘electrifiing’ en straalt een verlichte rust uit; ik ervaar het als een healing voor de beschouwer. Mijn hart groeit bij het aanschouwen. Zo groeit ook het beeld. Wat in eerste instantie eenvoudig lijkt, geeft een veelvormige rijkdom prijs. Het heeft gewacht om met mij te praten totdat ik mij opende. Mijn respect naar het verhaal neemt toe. Zo ook naar de initiële knielende houding. Ik wil meer te weten komen over de vader-zoon verhouding. De tijd zit mee, 17: 17.


acryl op linnen190 x 170 cm2012
… accepteert het leven …
… het basaal aardse …
… leven is het oppakken van kansen …
… daarmee verdien je je vleugels …
… talent kan skippen, generatie om generatie …
… het doen en het nu verbinden …
… dit is als de VADER-ZOON relatie …
… de complexiteit van heel het leven is voelbaar
ondanks de schuurpapier eenvoud …

Het verhaal van dit schilderij
“You showed me feelin’s, that I, I’d never find… oh baby love”!
Het hele veld beweegt, van voor tot achteren, van links naar rechts. De animerende zangeres Joyce Kennedy krijgt dit rond het middaguur al voor elkaar. Mothers Finest, what’s in the name. Geweldig.
Mijn eerste ervaring met de grasweide van Pinkpop, in Geleen. Hier ging je naartoe met een deken als territorium-afbakening. Deze plek deelde je in het begin van de dag met je vrienden. Een koelbox en een kratje bier waren de bakens. Later op de dag vervaagde deze grenzen, zoals meerdere conditioneringen en begrippen dat dan ook deden.
Een jaar eerder had ik de weide niet gehaald. Onderweg naar ‘Radar Love’ stond ik als net 15-jarige braaf in de rij voor de ingang aan de Irenelaan. Plots werd deze bestormd. 50 tot 100 man zagen dit wellicht als de ultieme rock&roll-vrijheid om zonder toegangskaart met geschreeuw en geweld chaos creërend zo binnen te geraken. Ik zag hier weinig ‘Love’ in. Na een terugtrekkende beweging heb ik de omgeving gescand. Het beeld werd voor mij eerder grimmiger dan verlichtender. Er was toch zoiets als flower power?! Dit was geen Top-Pop yeah. Tijdelijk mijn aftocht dan maar ingezet naar de Beekhoverstraat, daar stond mijn fiets bij ome Leon en tante Mariet. Het festival heb ik in de periferie gevolgd vanuit mijn uitvalsbasis daar.
Een cocktail van dit soort ervaringen begeleidden mijn jarenlange bezoeken aan Pinkpop. Altijd iets onverwachts, al liggen de uitersten nu op een veel filigraner niveau. Veel is veranderd, qua context en content, doch bovenal ikzelf. Nu sta ik op de wei met mijn schetsblok. De energie van de muziek intrigeert mij nog steeds. Ik ervaar het en absorbeer het. Erin duiken om me te verliezen, zoals na de eerste aangeslagen toon 10 meter verder op het veld staan zonder je voeten aan de grond gehad te hebben, heeft plaats gemaakt voor een andere dimensie. Een ontmoeting op een andere frequentie.
Landgraaf 2009. Tot aan mijn enkels sta ik in een ‘deken’ van plastic bekers. Geen koelboxen meer, geen kratjes. Zelf meegenomen f&b is niet toegestaan. Uit veiligheid. Het aanbod echter is ruim en rijkelijk, voor ieder wat wils. Veiligheid is een issue op alle fronten, tot het weer aan toe. Door de jaren heen hebben alle toeschouwers met hun ideeën en gedrag meegebouwd aan het festival. Door anticiperen van de organisatie heeft dat mede de context bepaald tot wat het nu is. Het festivalhuis staat. En toch gaan we bouwen.
“We’re gonna build a house…”. Op de klanken van de muziek van Bruce Springsteen word ik meegenomen uit de context naar de content. Heerlijk, afdwalen van dat wat er om me heen gebeurt. Ik sta het toe en geraak in een parallel universum. Altijd op zoek naar de waarheid achter het ogenschijnlijke, vind ik weer een aansluiting. Ik hoor Bruce en ik zie Bruce. Ik ervaar de energie van zijn ziel. Elke ontmoeting heeft een boodschap. Deze neem ik aan. Is Bruce de cumulatie van al mijn ervaringen op Pinkpop? Of zijn dit slechts de portalen naar mijn bredere levenservaringen die op de frequenties van deze tonen nu mijn verhaal aanstippen? Mijn universum. Ik zie een groot licht dat zonder aarzeling het leven aangaat zoals het voorbij komt. Op mij komt hij over alsof hij zijn vleugels reeds verdiend heeft en ons allen laat zien hoe door de 3D-materie heen te gaan valt om dit ook te bereiken. De informatie is veel en begrijpen doe ik het. In detail vertellen is een ander kapittel. Gelukkig ben ik als schilder gekomen en kan ik de boodschap vertalen naar een doek. Dat geeft de energie weer van mijn waarneming en is door zijn multidimensionaliteit op meerdere niveaus toegankelijk. Een lichtend leven zie ik, vleugels, een engel?
Deze ervaring neem ik mee – als een potje zand van het strand – om later te kunnen uitwerken. Tijdens een expositie in Het Leopoldskerkje in Meerssen besluit ik dit te doen. Het is 19.00 uur, het schilderij is klaar. In rust gun ik mij het moment het eindresultaat te aanschouwen. Bruce klinkt via de cd-speler. De expositie is gesloten doch de deur is nog uit het slot. Plots staat een koppel binnen. “Hi there, it’s Bruce, we like ‘m too. Never miss a home concert. We’re from New York, real fans”. We komen in gesprek en er worden uitvoerig foto’s gemaakt van mij en het schilderij, met en zonder hen erop. “We like the painting”. Zij zijn op tour door Europa, zo in Maastricht geraakt. Waar ze nu zijn en hoe ze er gekomen zijn, weten ze niet. “Mierssen ahh?” Het is puur toevallig, “We felt and the door from the house was open”. Na deze warme ontmoeting gaan zij weer verder. Ik land en ben weer met beide benen op de grond. Oops, foto’s en namen, snel achter ze aan… alsof ze opgelost zijn in lucht. Er is niemand meer te zien in een bredere omtrek van de kerk.
Terug voor het schilderij kom ik pas echt terug op aarde. Wat was dit? Inmiddels is Marjo gearriveerd, ze komt mij ophalen om naar huis te gaan. Ze kijkt mij vragend aan. Kijk, zeg ik, dit is: ‘A Light Live’.
En ja, het heeft voor mij alles te maken met …. “we’re gonna build a house of Love”


acryl op verstevigd katoen160 x 120 cm2013
… sereniteit ontvouwt de innere schoonheid
van waarde…
… de glimlach mystificeert tijd en ruimte
naar een wederkerende begroeting…
… van ervaringsmogelijkheden multidimensionaal
verbonden tot één …
… dragen is bekleden als bekleden dragen is…
… het gewaad begeesteren is het bewonen
van een koninkrijk…
… mijn plek is het bewonen van mijn gewaad…
… bekleden in waardigheid …



Het verhaal van dit schilderij
Het doek ‘Mon Habit À Roi L’Isa’ heeft voor mij iets mystieks. Al vrij snel tijdens het schilderen voelde ik het mystieke van de ‘Mona Lisa’. Over de ‘Mona Lisa’ wordt veel gespeculeerd. Ik zie haar glimlach als een symbool voor het weten, het ‘geheim-weten’. Daar waar al zolang naar gezocht wordt en waarvan verteld wordt dat geheime genootschappen dit bewaken.
Voor mij houdt dit weten in: het weer verbinden met de vrouwelijke kracht en het kennen van de universele wetten. Naar mijn aanvoelen had Leonardo da Vinci daar bewust weet van. Hij laat ons dit weten door deze mystieke glimlach van een vrouw. Daardoor zou je bijna de magische kracht van de handen over het hoofd zien. Met deze handen zet je het weten om in handelen. Het zijn dezelfde handen die terug komen in het ‘Joods Bruidje’ van Rembrandt. Ook hierin zit een verwijzing naar het vrouwelijke versleuteld en de wijze hoe er mee om te gaan. Voor mij is het ‘Joods Bruidje’ Rembrandt’s ‘Mona Lisa’.
In de titel van mijn schilderij zit de naam Mona Lisa versleuteld ‘MON habit À roi L’ISA’. Wat betekent dit ‘mijn habijt voor de koning van Isa’? De koning van Isa is Jezus. Jezus was iemand met een hoog bewustzijn en van daaruit een lichtend voorbeeld. Je hoeft geen prins te zijn om een ware ‘koning’ te worden. Daar is iets anders voor nodig.
Het geheim-weten en het vrijgeven hiervan is gekoppeld aan ons bewustzijn.
Pas wanneer wij een wereldvrede aankunnen en het mystieke weten niet inzetten om oorlog te voeren, zal het zich aan ons openbaren. Om ons bewustzijn te vergroten is respect, integriteit en waardigheid nodig.
Het schilderij verhaalt over ‘het gewaad van waardigheid’: waardig je functie bekleden en de verantwoordelijkheid nemen die daarbij hoort. Wie durft het aan?
Zie de pracht en de rijkdom van wat een habijt kan zijn. Een etaleren van wijsheid. Dit schilderij appelleert aan de persoonlijke vraagstelling: ”Ben ik waardig om deze functie te bekleden? Is mijn attitude zo dat ik deze pracht kan dragen?”
Het bekleden van een functie betekent dat het kleed bij de functie hoort en niet de functie bij het kleed.
Het kleed is een uiting van waardigheid en integriteit, passend bij het uitoefenen van de betreffende functie. Het uiterlijk maakt zichtbaar wat de functie vertegenwoordigt. Zonder deze inhoud heeft ‘het habijt’ geen bestaansrecht.
Een historische glimlach articuleert deze weg naar wijsheid.


Ontstaan
‘Mon Habit À Roi L’Isa’ maakte deel uit van de expositie ‘Believe Inn, My Little Herb Garden’, die plaatsvond in de periode maart-juni 2014 in Design Hotel Maastricht/Brasserie Flo. Het schilderij is ontstaan in de aanloop naar deze expositie. Het centrale doek van deze expositie “Satellites of Love, Ix Embras Um”, een “live painting” van een ontmoeting met de TEFAF-organisatie, moest nog gemaakt worden. ‘Mon Habit À Roi L’Isa’ staat in relatie met dat wat nog moet komen op het moment van de schepping ervan.
De twee doeken hebben een thematische verbinding met elkaar. Waar ‘Mon Habit À Roi L’Isa’ verhaalt over het bekleden van functies met waardigheid, zoomt ‘Satellites Of Love, Ix Embras Um’ in op het bekleden van functies binnen de kunstwereld.